Het kabinet wil de AOW-leeftijd sneller verhogen. De partnertoeslag verandert in 2015. Ook gaat waarschijnlijk de hoogte van de AOW veranderen als u samenwoont.
Snellere verhoging AOW-leeftijd na 2015
Het kabinet wil de AOW-leeftijd na 2015 sneller verhogen: naar 66 jaar in 2018 en 67 in 2021. Tot en met 2015 geldt het schema aanvang AOW-uitkering. Om de AOW-leeftijd te kunnen verhogen, moet het kabinet de wet aanpassen. Daarvoor wordt een wetsvoorstel ingediend. Hiermee moeten de Tweede en Eerste Kamer akkoord gaan.
AOW bij samenwonen (kostendelersnorm)
Mensen met een AOW-uitkering die samenwonen, krijgen een basisuitkering van 50% van het wettelijk minimumloon. Dit geldt voor bijvoorbeeld gehuwden, samenwonenden, samenwonende broers of zussen, een oma met een kleinkind, etc.
Alleenstaanden in de AOW krijgen een aanvulling op deze basisuitkering (+20%). Zij hebben immers extra kosten omdat zij allerlei kosten zoals huur, gas licht en water alleen moeten betalen. Mensen die samenwonen kunnen veel van dit soort kosten voor het huishouden delen. Daarom krijgen zij niet de toeslag die alleenstaanden wel krijgen. Dit komt door de kostendelersnorm.
Op dit moment geldt hierop een uitzondering voor 2 twee groepen: mensen die een meerpersoons-huishouden voeren en in het geval dat 1 ouder samenwoont met zijn of haar meerderjarige kind.
Het kabinet wil straks de hoogte van de AOW aanpassen als een AOW’er samenwoont met 1 of meer volwassenen. Dit gaat dan ook gelden als iemand samenwoont met eerste graad bloedverwanten, zoals een ouder met een meerderjarig kind. De AOW-uitkering wordt dan waarschijnlijk per 2015 gelijkgetrokken met die van andere samenwonende AOW’ers naar 50% van het minimumloon.
Aanpassing in stappen
De huidige uitkering voor een AOW’er die samenwoont met een eerste graad bloedverwant is 70% van het wettelijk minimumloon. Naar verwachting zal deze vanaf 1 juli 2016 worden verlaagd. De Tweede Kamer heeft met het wetsvoorstel ingestemd. De Eerste Kamer bespreekt de plannen met de kostendelersnorm eind juni 2014. Als ook de Eerste Kamer akkoord gaat, zal de kostendelersnorm gaan gelden voor iedere AOW-gerechtigde die samenwoont.
Cijfers over de AOW
- Er zijn in Nederland ruim 3,2 miljoen mensen die een AOW-uitkering ontvangen.
- Ruim 2 miljoen daarvan zijn gehuwd of wonen samen (en ontvangen 50% van het wettelijk minimumloon).
- Nog eens 1 miljoen Nederlanders zijn alleenstaande AOW’ers (en ontvangen 70% van het wettelijk minimumloon).
- Samen vormen zij 98% van alle AOW’ers. Voor hen verandert er niets aan hun inkomenssituatie.
- De veranderingen in de kostendelersnorm hebben betrekking op 2% van alle AOW’ers, namelijk 56.000 personen. Het gaat hier dus om meerpersoons-huishoudens (4.000) of om ouders met een meerderjarig kind (52.000).
Hogere AOW als beide partners een eigen huis hebben
Samenwonende AOW-ers die beiden nog een eigen koop- of huurwoning hebben, krijgen in de toekomst 70% AOW. Nu krijgen deze ouderen een lagere AOW-uitkering van 50%. Dit staat in het wetsvoorstel tot wijzing van de Algemene Ouderdomswet. De wijziging gaat gelden met terugwerkende kracht tot 1 februari 2014. Daarom handelt de Sociale Verzekeringsbank al vanaf 1 februari volgens de nieuwe wet.
Wijzigingen AOW partnertoeslag
Het kabinet wil de partnertoeslag aanpassen. Als u samen met uw partner een hoger inkomen heeft, stopt de partnertoeslag. Hiervoor is in juli 2013 een wetsvoorstel naar de Tweede Kamer gestuurd. De Tweede Kamer heeft het wetsvoorstel aangenomen, het wacht nu op verdere behandeling door de Eerste Kamer.
Waarom de AOW wijzigt
Door de vergrijzing neemt het aantal mensen dat recht heeft op AOW toe met ongeveer 2 miljoen. Nu staan er tegenover elke AOW-er 4 werkenden. In 2040 is dat gedaald tot 2 werkenden. Dit betekent dat minder mensen de uitgaven voor de AOW moeten opbrengen. Terwijl de kosten van de AOW naar verwachting oplopen van € 30 miljard nu, tot ongeveer € 50 miljard in 2040.
Aanscherping voorwaarden inkoopregeling AOW
Het kabinet heeft de voorwaarden aangescherpt waaronder mensen die voor het eerst in Nederland komen wonen of werken hun ontbrekende AOW-verzekeringsjaren vrijwillig kunnen inkopen. Dit om onbedoeld en ongewenst gebruik van deze in de Algemene Ouderdomswet opgenomen inkoopregeling tegen te gaan. Zo komt het draagvlak voor de inkoopregeling niet onnodig onder druk te staan en worden hoge uitgaven in de toekomst vermeden.
Bron: Rijksoverheid
Samenvatting AOW en ANW
AOW
- De AOW-leeftijd gaat sneller omhoog: naar 66 jaar in 2018 (was 2019) en 67 jaar in 2021 (was 2023). Daarna wordt de AOW-leeftijd gekoppeld aan de levensverwachting.
- Er komt een overbruggingsregeling voor mensen die per 1 januari 2013 deelnemen aan en VUT- of prepensioenregeling en zich niet hebben kunnen voorbereiden op de verhoging van de AOW-leeftijd. De regeling is voor deelnemers met een inkomen tot 150 procent van het wettelijk minimumloon. De regeling kent ook een partner- en vermogenstoets (eigen woning en pensioenvermogen tellen niet mee). Zo kunnen deelnemers de periode vanaf de 65e verjaardag tot de AOW-leeftijd financieel overbruggen.
- AOW’ers die vanaf 2015 gaan samenwonen met een ouder of volwassen kind ontvangen een AOW-pensioen van 50% van het netto minimumloon (nu is dat 70%). Voor AOW’ers die voor 2015 samenwonen met een ouder of kind, komt er een overgangsregeling.
- De koopkrachttegemoetkoming voor 65-plussers telt vanaf 1 juli 2014 niet meer mee als inkomen voor 65-plussers met een AIO-aanvulling (bijstand voor ouderen).
- De AOW-partnertoeslag voor AOW’ers met een partner die nog niet de AOW-leeftijd heeft, wordt vanaf 1 juli 2014 beperkt. AOW’ers die samen met hun partner een inkomen hebben van meer dan 50.000 euro (de AOW telt niet mee) ontvangen geen partnertoeslag. Voor AOW’ers die voor 1 juli 2014 een partnertoeslag hebben, komt er een overgangsregeling.
Nabestaandenuitkering (ANW)
De maximale duur van een nabestaandenuitkering voor nieuwe nabestaanden wordt beperkt tot één jaar. Dit geldt niet voor de wezenuitkering. Voor wie nu een nabestaandenuitkering heeft verandert er niets. In het regeerakkoord staat niet vanaf wanneer dit ingaat.
Bron: SVB
Verhoging AOW-leeftijd heeft gevolgen voor uitkeringen
Langer recht op uitkering UWV
Als u de AOW-leeftijd bereikt, heeft u geen recht meer op een uitkering van UWV. Een verhoging van de AOW-leeftijd betekent dat u langer recht heeft op een uitkering van UWV. Voldoet u aan alle andere voorwaarden voor een uitkering van UWV? Dan krijgt u deze uitkering totdat u recht heeft op AOW.
Ontvangt u een WIA-, WAO-, WAZ- of Wajong-uitkering? En verandert uw situatie niet? Dan krijgt u uw WIA-, WAO-, WAZ- of Wajong-uitkering totdat u de AOW-leeftijd bereikt.
Uitkeringen met een maximale duur
Ontvangt u een WW-, ZW- of WAZO-uitkering? Deze uitkeringen hebben een maximale duur. Als uw uitkering nog niet de maximale duur heeft bereikt, krijg u de uitkering totdat u de AOW-leeftijd bereikt. Hoe wij die maximale duur vaststellen, vindt u op uwv.nl. Stopt uw WW-, ZW- of WAZO-uitkering voordat u recht heeft op AOW? Dan kunt u misschien bijstand aanvragen voor de periode die u moet overbruggen.
Wijzigt uw inkomen voordat u recht heeft op AOW? Bijvoorbeeld omdat u vanaf uw 65ste pensioen krijgt? Geef dit dan binnen een week aan ons door via Mijn UWV. Hiervoor heeft u DigiD nodig.
Bron: UWV